Charles Pahud de Mortanges

Naam: Charles Pahud de Mortanges
Geboren: 13 mei 1896 in Den Haag 
Overleden: 7 april 1971 in Den Haag
Sport: paardensport

Olympische Spelen XI Berlijn 1936
Onderdeel: samengestelde wedstrijd individueel
Prestatie: uitgevallen door driemaal weigering paard
Onderdeel: samengestelde wedstrijd team
Prestatie: niet geplaatst door uitvallen Tonnet en Pahud de Mortanges

Olympische Spelen X Los Angeles 1932
Onderdeel: samengestelde wedstrijd individueel
Prestatie: goud
Onderdeel: samengestelde wedstrijd team
Prestatie: zilver

Olympische Spelen IX Amsterdam 1928
Onderdeel: samengestelde wedstrijd individueel
Prestatie: goud
Onderdeel: samengestelde wedstrijd team
Prestatie: goud

Olympische Spelen VIII Parijs 1924
Onderdeel: samengestelde wedstrijd individueel
Prestatie: vierde plaats
Onderdeel: samengestelde wedstrijd team
Prestatie: goud

Charles Pahud de Mortanges was een opmerkelijk sportman en militair. Als springruiter deed hij mee aan vier Olympische Spelen en won hij in totaal vier gouden medailles en één zilveren. Als militair ontsnapte hij uit krijgsgevangenschap en was hij betrokken bij de landing in Normandië. Ook was hij ‘Neerlands eerste paardenfluisteraar’.

"Daar ligt de kleine generaal" riep de vader van Charles kort na de geboorte van zijn zoon. Vader Pahud was het liefst zelf militair geworden, maar vanwege gezondheidsproblemen was dat nooit gelukt. Vandaar de ambitieuze verwachtingen bij de geboorte van zijn zoon. Vaders woorden bleken profetisch, want zoonlief zou inderdaad generaal worden.

Voor het zover was zou Pahud nog wel het een en ander meemaken. Na de lagere school doorliep hij de HBS en de Koninklijke Militaire Academie. Hierna werd hij als tweede luitenant geplaatst bij de huzaren. Pahud toonde zich in korte tijd een vaardig ruiter en bleek goed met paarden om te kunnen gaan.

In 1924 kreeg hij de kans om zich ook sportief te bewijzen. Samen met Adolf van der Voort van Zijp, Gerard de Kruijff en Anton Colenbrander behaalde hij dat jaar op de Olympische Spelen in Parijs de gouden medaille op de military. In 1928 vonden de Spelen plaats in Amsterdam. Tijdens het individuele springconcours, dat op 11 augustus plaatsvond, was Pahud weer van de partij.

De 30.000 toeschouwers in het Olympisch Stadion hielden de adem in toen de tengere Pahud met zijn paard Marcroix foutloos de ene hindernis na de andere nam en de overwinning in de wacht sleepte. De Nederlandse ruiterequipe won ook de landenwedstrijd, dus ging Pahud met twee gouden medailles naar huis.

Hometrainer
Vier jaar later vonden de Spelen plaats in Los Angeles. Ruiters en paarden gingen daar per schip heen. "Om de paarden tijdens de lange reis fit te houden had Pahud zelf een tredmolen laten ontwerpen", aldus olympisch historicus Ton Bijkerk. In deze hometrainer konden de paarden op volle zee hun trainingsuurtjes maken. De trainingsmethode wierp zijn vruchten af. Pahud zou in Los Angeles op zijn individuele springnummer goud winnen en zilver met de Nederlandse ruiterploeg.

De militaire carrière van Pahud bleef ook volop in beweging. Na de capitulatie in mei 1940 werd het Nederlandse leger ontbonden. Pahud bleef niet werkeloos thuiszitten. Hij besloot een revalidatieoord voor gewonde Nederlandsche militairen op te zetten in het landhuis Kareol te Aerdenhout.

Pahud was twee jaar commandant van Kareol. Hier bereikte hem het tragische nieuws dat zijn enige zoon, na een mislukte poging illegaal de Frans-Zwitserse grens over te komen, door de Duitsers in de buurt van Besançon was gefusilleerd.

In mei 1942 werd Pahud samen met de andere Nederlandse beroepsofficieren in Duitse krijgsgevangenschap weggevoerd. Ze kwamen in het kamp Stanislaw in Pools Galicië terecht. Pahud kreeg daar last van een oude wond aan zijn rechterhand. Met dertig andere gewonde officieren ging hij daarom voor medische behandeling naar Nederland. Tijdens de treinreis terug naar Polen, in de zomer van 1943, wist hij te ontsnappen. Later zei hij hierover: "Mijn vluchtplan had ik klaar, compleet met onderduikadressen en ik nam me voor om vlak voor de Duitse grens uit de trein te springen".

Dat laatste deed hij ook, en via het bezette België en Frankrijk reisde hij over de Pyreneeën naar Gibraltar. Een transportvliegtuig bracht hem van daar naar Groot-Brittannië. Met de Prinses Irene Brigade vocht hij zich vervolgens vanaf begin augustus 1944 via Normandië een weg terug naar Nederland.

Market Garden
Op 16 september werd hij door de hogere geallieerde legerleiding op de hoogte gebracht van de op handen zijnde operatie Market Garden. Pahud zag er geen brood in en merkte op dat Napoleon ooit eens gezegd had dat een operatie alleen verantwoord kon zijn als er 75 procent zekerheid was over de afloop; de gok mocht 25 procent zijn. "Maar", zei Pahud, "hier is het precies omgekeerd". Hij bleek over een vooruitziende blik te beschikken.

Na de bevrijding nam Pahud niet meer deel aan hippische evenementen, maar hij bleef zich wel voor sport interesseren. In 1946 werd hij gevraagd als voorzitter van het NOC. Hij heeft die functie in totaal zeven jaar vervuld. Zijn militaire carrière sloot Pahud uiteindelijk in 1961 af als luitenant-generaal. Door voortschrijdende reumatiek raakte hij tijdens zijn laatste levensjaren gedeeltelijk verlamd. Hij stierf in 1971 in Leiden.

Velen herinneren Pahud als een warm en vriendelijk mens, met een buitengewone liefde voor paarden. Bijkerk kan dit beamen: "Zelden heb ik zo’n buitengewoon sympathieke man ontmoet. Hij had totaal geen kapsones. En wat wist hij veel van paarden! Ik noem hem dan ook altijd Neerlands eerste paardenfluisteraar."

Bronnen:
- www.sportgeschiedenis.nl
- Statistieken: Olympisch Oranje, Ton Bijkerk (Tirion Sport, 2008)